Kennisbank
Bijbelkennis

Rekenen

Het Hebreeuwse woord chashav [8.300.2] betekent rekenen, maar ook bedenken of nadenken. Denken is rekenen. Het is reconstrueren en redeneren. Dat heeft te maken met causaliteit, met oorzaak-gevolg.

De eerste keer dat chashav in de Thorah wordt gebruikt is in Gen. 15:6.

Hij heeft vertrouwd op de Ene; die heeft hem dat gerekend als gerechtigheid.

Rekenen is hier gebruikt als toerekenen. Abram gelooft met als gevolg dat de gerechtigheid hem wordt toegerekend. Daarvoor vroeg de Ene aan Abram om de sterren te tellen [saphar].

Tellen is niet hetzelfde als rekenen. Tellen gaat aan rekenen vooraf.

Hij laat hem uittrekken, naar buiten,
en zegt: kijk toch naar de hemel
en tel eens de sterren
als je bij machte bent ze te tellen!
En hij zegt tot hem:
zó zal het worden, jouw zaad!

Chashav kan ook betekeken: ergens bij gerekend worden (Gen. 31:15).

Juda dacht [chashab] dat Thamar een hoer was (Gen. 38:15). En later zegt Jozef tegen zijn broers dat alles wat zij ten kwade hadden bedacht [chashav] door de Aanwezige ten goede was gekeerd (Gen. 50:20).