In het huis van Mijn Vader zijn vele woningen. Jeshua voer op naar de hemel. En Hij zit daar niet stil, maar Hij bereidt ons een plaats. Wat bedoelt Jeshua met het huis van Zijn Vader? Waarom zijn daar veel woningen? En wat betekent dat ‘een plaats bereiden’? In deze studie onderzoeken we wat de Schrift zegt over het huis van de vader.
2. Het huis van de vader is een koningshuis
Toen kwam hij [Abimelech] in het huis van zijn vader in Ofra en doodde zijn broers, de zonen van Jerubbaäl, op één en dezelfde steen: zeventig mannen. Maar Jotham, de jongste zoon van Jerubbaäl, bleef over, omdat hij zich had verborgen. Richteren 9:5
Jotham: – mijn vader heeft immers voor u gestreden, zijn leven gewaagd en u uit de hand van Midian gered; 18. maar ú bent deze dag in opstand gekomen tegen het huis van mijn vader en hebt zijn zonen, zeventig mannen, op één en dezelfde steen gedood, en u hebt Abimelech, de zoon van zijn slavin, koning gemaakt over de burgers van Sichem, omdat hij uw broer is – Richteren 9:17
De vader in deze geschiedenis is Gideon (Neerhouwer). Hij wordt ook Jerubbaäl genoemd, omdat hij het tegen Baäl had opgenomen. Hij was de zoon van Joas (Gegeven door de Heer), de Abrieziet (Mijn vader is hulp). Na zijn dood grijpt Abimelech (Mijn vader is koning; de zoon van zijn slavin) de macht. Dat doet hij door naar het geslacht van zijn moeder te gaan. De broers van zijn moeder. We zien dus een tegenstelling tussen het huis van de vader (Gideon) en het geslacht van de moeder. Dit geslacht komt uit Sichem. Dat betekent schouder en wijst op verantwoordelijkheid. Let wel, de moeder van Abimelech is een onvrije. Iemand die onder de wet staat.
Nadat zijn familie Abimelech tot koning heeft gekroond, gaat hij naar het huis van zijn vader. Hij doodt daar zijn zeventig broers. Alleen Jotham, de jongste, ontsnapt. Eerder hadden de vorsten van Midian de broers van Gideon gedood. Zij hadden evenals Gideon een koningsgestalte.
Deze teksten laten zien dat het huis van mijn vader ziet op het ouderlijk huis ofwel de familie. Dat hoeft dus niet een letterlijke, fysieke plek te zijn. Het is de plek waar de vader woont. Daar is het veilig en vredig. Daar heerst de koning.