Categorie: onderzoek

  • Beter presteren?! Begin met het lokaal

    In januari 2011 presenteerde de Minister van OCW haar aktieplan Beter Presteren, met de nadruk op de kernvakken in het curriculum. Overigens, een aktieplan is nog geen plan, maar alleen ‘het van plan zijn.’ Het echte plan moet nog komen. Haar ambtenaren zijn dat nu aan het schrijven.

    Ik heb alvast een paar suggesties op een rijtje gezet. Licht, Lucht en Beweging! Een make over van de school.

    1. Installeer in ieder lokaal Philips SchoolVision. Verbetert de concentratie met maar liefst 18%. Driekwart minder geobserveerde hyperactiviteit en daling van de foutfrequentie van 45%. Kosten voor onze school: ongeveer 100.000 euro.
    2. Zorg dat in ieder lokaal het binnenmilieu optimaal is. Het verbetert de resultaten, al is het percentage is niet duidelijk. Uit een onderzoek bleken de resultaten voor taal met 6% en voor rekenen met 23% te verbeteren. Kosten voor onze school: een heleboel, want onderzoek van de gg&gd Utrecht wees uit dat er bouwkundige aanpassingen nodig zijn om het binnenmilieu te verbeteren. Een raampje open biedt helaas te weinig soelaas. Minder leerlingen in de klas zou natuurlijk ook een optie zijn, maar om het onderwijs betaalbaar te houden, moeten er toch zeker 25 in een klas zitten.
    3. Start iedere dag met ochtendgym. 15 minuten beweging per dag verbetert de concentratie al. De effecten van beweging op de leerresultaten zijn niet sterk, maar wel positief. Daarna een gezamenlijk ontbijt. Natuurlijk uit de gezonde kantine.
    4. Door de schoolomroep klinkt zachtjes barokmuziek. Dat verbetert de concentratie en leerlingen kunnen 2-5 keer sneller leren. Kosten: nihil, waarschijnlijk alleen de jaarlijkse kosten van BUMA of zoiets.
    5. Planten in de klas. Planten nemen natuurlijk CO2 in, dus dat is meegenomen, maar sommige soorten zuiveren ook de lucht. Om planten in het lokaal te krijgen, moeten er wel wat leerlingen uit, want vol=vol. Hoewel, we kunnen natuurlijk ook hangplanten nemen. Leuk, van die brackets met Geraniums aan de muur (anders hangen ze voor de lampen). Kosten? Ik schat in dat we er een abonnement voor moeten nemen bij een plantenverzorger. 10.000 euro per jaar?

    Gek eigenlijk, dat we zo de nadruk leggen op toetsen en normen enz, terwijl het het aanpassen van de omgeving positief invloed heeft op de leerresultaten en gedrag. Bovendien, een beter binnenmilieu verlaagt het ziekteverzuim. Een kleine rekensom: op een formatie van 50 fte betekent 3% minder verzuim grofweg kostenverlaging van een kleine 90.000 euro. Nu nog een sponsor vinden, want een dergelijke investering uit het reguliere budget valt het nu niet te halen.

  • Evolutieles voor kleuters?

    Gepubliceerd in het RD:
    Advies biologieonderwijs biedt juist ruimte voor principiële keuzes

    Het advies van de Commissie vernieuwing biologieonderwijs over de nieuwe examenprogramma’s voor havo en vwo houdt niet in dat straks alleen nog de evolutietheorie mag worden onderwezen. Het geeft docenten juist alle ruimte om principiële keuzes te maken, betoogt Anco van Moolenbroek.

    ”Kleuters krijgen straks evolutieles” stond er boven een artikel (RD 28-2) over het advies van de Commissie vernieuwing biologie-onderwijs (CVBO) aan minister Van Bijsterveldt betreffende nieuwe examenprogramma’s biologie voor havo en vwo. In het artikel concludeert de Stichting De Oude Wereld uit Urk dat deze vernieuwing door een eenzijdig informatieaanbod de keuzevrijheid van de leerlingen beperkt. Als promovendus, bioloog en schoolleider heb ik van nabij te maken gehad met de totstandkoming van dit advies en ik concludeer dat deze opvatting geen recht doet aan het werk van de CVBO.

    In de vernieuwing van het biologieonderwijs vormt het advies een markeerpunt in een proces van onderzoek en discussie. In het kort beoogt het advies met de vernieuwing van het biologieonderwijs drie problemen aan te pakken: een overladen curriculum, een verouderd en onsamenhangend curriculum en gebrek aan relevantie voor leerlingen. Deze problemen gelden niet alleen de biologie, maar alle bètavakken, in Nederland en daarbuiten.

    In 2007 is een leerlijn voor 4 tot 18 jaar vastgesteld. Die gaat uit van zes systeemconcepten. Dit zijn begrippen die „zo abstract zijn dat ze voor de meeste leerlingen niet bruikbaar zijn.” Eén systeemconcept is evolutie. De systematiek beoogt de begrippen zo te kunnen onderwijzen dat leerlingen een samenhangend geheel van kennis opbouwen. Met het opnemen van het systeemconcept evolutie is evolutie inderdaad een van de rode draden in het biologieonderwijs geworden. Dat is niet vreemd, aangezien de leerlijn gebaseerd is op de huidige actuele biologische kennis. Het vermogen tot aanpassing is waarschijnlijk het meest karakteristieke voor het leven.

    Wordt de evolutietheorie daarmee voorgeschreven als enige verklarende theorie voor het ontstaan van het leven? Dat zou je zo kunnen lezen, maar dan ga je voorbij aan de derde doelstelling van het advies: maatschappelijke relevantie. De maatschappij raakt ons wereldbeeld. Dat is ook wat het advies onderkent: „Funderende kennisproductie, met een oriëntatie op de ontwikkeling van ons wereldbeeld.” De toelichting lijkt weliswaar uit te gaan van een naturalistisch wereldbeeld, maar ik denk dat er voldoende ruimte in zit om leerlingen kritisch te laten denken.

    Dat laatste wordt in de nieuwe examenprogramma’s omschreven als de vaardigheid: „Waarderen en oordelen: de kandidaat kan in contexten een beargumenteerd oordeel geven over een situatie in de natuur of een technische toepassing, en daarin onderscheid maken tussen wetenschappelijke argumenten, normatieve maatschappelijke overwegingen en persoonlijke opvattingen.” Een havoleerling moet met de begrippen populatie, variatie, selectie en soortvorming in contexten op het gebied van gezondheid en wereldbeeld kunnen verklaren op welke wijze nieuwe soorten kunnen ontstaan, terwijl een vwo’er moet kunnen benoemen met welke theorie het voorkomen van het leven op aarde in contexten op het gebied van wereldbeeld wordt verklaard.

    Om samenhangend biologieonderwijs te krijgen is een doorgaande leerlijn van basisonderwijs naar voortgezet onderwijs onmisbaar. Het advies stelt daarom dat met het aanleren van begrippen in het basisonderwijs een eerste basis wordt gegarandeerd waarop later teruggegrepen kan worden. Het betreft dan ook vooral een vernieuwing van het examenprogramma biologie havo en vwo. Van evolutieles voor kleuters is geen sprake. De leerlijn noemt voor het basisonderwijs onder evolutie de begrippen fossiel, vorm en functie en biodiversiteit. Dat lijken me begrippen om prachtige lessen bij te maken.

    Ik breek geen lans voor de evolutietheorie en wil ook geen welles-nietesdiscussie oprakelen. Ik stel alleen dat juist dit advies ruimte biedt voor eigen principiële keuzes en voor het vakmanschap van de docent. Laat het nu eens een uitdaging zijn om de begrippen fossiel, vorm en functie en biodiversiteit op een adequate en verantwoorde wijze aan kleuters te onderwijzen. Inderdaad laten uitgevers de inhoud van de methode bepalen door het examenprogramma. Gelukkig wel. Maar niet de methode maakt het onderwijs, dat doet de docent. Die docent krijgt in het advies alle ruimte.

    Dat de minister dit advies „naar verwachting ongewijzigd” overneemt, is een groot compliment voor het werk van de CVBO. Wetend dat een onderwijsvernieuwing twintig jaar in beslag neemt, en we nu op de helft daarvan aangekomen zijn, moet ik vaststellen dat het advies een evenwichtiger beoordeling en behandeling verdient.

     

    Lees ook de reactie van Bert Kalkman, lector exemplarisch onderwijs aan de Driestar Hogeschool: “Bij christelijk onderwijs hoort nadenken over schepping en evolutie”:

    “Daarom moeten we zoals Van Moolenbroek schrijft juist gebruikmaken van de ruimte die het CVBO-advies biedt. Wij leven op Gods aarde en kunnen dagelijks waarnemen hoe de schepping zich manifesteert in de elementen, de dieren, de planten en de wetmatigheden die het leven op aarde mogelijk maken. Gods trouwe zorg is iedere morgen nieuw. Tegelijkertijd is er het gevolg van de zonde. Er heerst gebrokenheid, het is eten en gegeten worden, rampen voltrekken zich. Zowel de grootsheid enerzijds als de gebrokenheid anderzijds maken bescheiden.

    Hier moeten leraren de ogen van de leerlingen al jong voor openen. Vanaf het begin moeten ze leren dat het een wereld van verschil maakt of je met gelovige of met ongelovige ogen naar de scheppingswerkelijkheid kijkt. Dat betekent kijken naar het karakteristieke bij dieren en planten. Hoe wonderlijk ze toegerust en aangepast zijn. Maar ook leren dat diversiteit niet vanzelfsprekend vitaliteit betekent. Hier oog voor krijgen betekent samen met de neus op de verschijnselen zitten.”

  • Language as a window into human nature

    De video’s van RSA Animate zijn bijzonder om van te genieten.

    RSA Animate – Language as a Window into Human Nature

     

  • Huiswerk kopiëren

    Huiswerk kopiëren lijkt een manier om je schoolperiode tegen lage kosten door te komen. Een recente studie van het Massachusetts Institute of Technology laat echter het tegendeel zien. Studenten die stelselmatig meer dan 30% van hun huiswerk overnemen van een ander, maken vier keer meer kans op het stoppen van de studie. De voornaamste oorzaak van dit gedrag: uitstellen! Kortom, van uitstel komt afstel. Nu ook wetenschappelijk bewezen!

    Wat kunnen docenten doen om het kopiëren van huiswerk tegen te gaan? Meer contact, meer en kortere opdrachten, niet aftekenen maar becijferen, zijn wat suggesties. Ook het bespreken van de opzet van de lessen draagt bij aan het voorkomen van kopieergedrag.

    Kortom, niet het controleren, maar het voorkomen van (uitstel) gedrag, dat is wat werkt. Voor die conclusie is geen wetenschappelijk onderzoek nodig!

    Palazzo, David J.,  Lee, Young-Jin, Warnakulasooriya, Rasil & Pritchard, David E., 2010. Patterns, correlates, and reduction of homework copying. PHYSICAL REVIEW SPECIAL TOPICS – PHYSICS EDUCATION RESEARCH 6, retrieved 25 March 2010 from http://prst-per.aps.org/pdf/PRSTPER/v6/i1/e010104

  • Geloof, IQ en depressie

    Vandaag las ik over twee interessante onderzoeken:

    1. Geloof versterkt behandeling tegen depressie. Geloof helpt angst en stress te verminderen en versterkt het effect van een medische behandeling.

    2. Hoog IQ leidt tot voorkeur atheïstische levensvisie. Volgens onderzoekers bestaat er een verband tussen een hoog intelligentieniveau en liberale opvattingen.

    Ik heb te doen met die atheïsten. Moet je het alleen van dit leven hebben, zit je ook nog langer met je depressie!