Categorie: Onderwijs

  • Zilveren weken met een zwarte rand

    Zilveren weken met een zwarte rand

    “Het lijkt wel of de klas constant alert is.” Kort voor de kerstvakantie had ik een gesprekje met een leerkracht van groep 8. Al heel wat jaren kende deze groep een sociaal onveilig klimaat. En nu, in groep 8 onder leiding van twee bekwame leerkrachten werd het merkbaar veiliger. En toch, het lijkt alsof er onder de oppervlakte nog heel veel verborgen wordt gehouden. We komen er alleen niet achter, maar het wordt wel gevoeld door de leerkrachten. Alsof de klas constant alert is.

    En ineens schoot het door me heen: dit lijkt op een trauma. Maar dan van een groep. Een getraumatiseerd iemand staat ‘altijd aan.’ Is constant alert. Ben ik hier wel veilig genoeg? Moet ik hier vechten of vluchten? En na verloop van tijd wordt deze toestand van alertheid de innerlijke norm. Dat is een vorm van chronische stress, dat kan leiden tot een trauma. Ook van de groep. Dan ontbreken of verminderen de signalen van wederkerigheid, veiligheid en resonantie. Dan wordt het moeilijk om je te verbinden met anderen. Om je open te stellen en om te leren. In zo’n groep is het ieder voor zich.

    Sociale onveiligheid is niet het gedrag van zieke mensen, maar het gevolg van een ziek systeem. En ja, in en naar dat systeem gedragen mensen zich. Wij hebben een diep gewortelde bewustheid van (eigen) veiligheid. Lid zijn van een groep geeft zowel veiligheid als onveiligheid. Je staat niet alleen voor de uitdagingen van het leven en tegelijk lever je iets van je eigen autonomie in. In de hoop daar veiligheid, betekenisverlening, en verbondenheid voor terug te krijgen.

    Twee mechanismen in de groep zorgen voor relatieve veiligheid en die twee hebben alles met elkaar te maken. Het eerste is de pikorde. Wie bovenaan staat is het meest veilig. Het tweede mechanisme is de sociometrische status. Dat is een duur woord voor je positie in de groep. Iedere positie heeft een kenmerkende strategie voor de eigen veiligheid. Van hoofdrolspeler tot zondebok. Een hoofdrolspeler gebruikt machtsmiddelen en manipuleert. Een meeloper joelt om de aandacht van zichzelf af te leiden. Een slachtoffer houdt zich gedeisd, zodat het niet erger wordt. En omstanders denken bij zichzelf: ik bemoei me er niet mee, dan loop ik ook geen gevaar. Alleen een zondebok, die is het haasje. Die wordt uit de groep gegooid. Geëlimineerd. Moedige mensen voelen het onrecht en staan ertegen op. Al is dat niet zonder risico.

    Wat is het verschil tussen een sociaal veilig en een onveilig systeem? In een onveilig systeem heerst de angst en haat en in een veilig systeem heerst liefde. Angst en haat worden aangewakkerd als de hoofdrolspelers hun macht misbruiken en manipuleren. Dit is vaste prik. De enige manier om deze giftige groepsdynamiek te doorbreken is door liefhebbende gezagsdragers aan te top van de pikorde te plaatsen. Want veiligheid begint bij de top. Als het regent, dan regent het van boven!

    Sta je niet bovenaan, dan heb je alle reden om constant op je hoede te zijn. En stel je voor dat je als kind opgroeit in een dergelijk giftig systeem… welke gevolgen heeft dat voor je ontwikkeling? Bedenk wel: je bent als leerling verplicht lid van de groep! Culture shapes nature.

    Een groep is niet alleen een verzameling individuen. Het is ook een zelfstandige entiteit. Dat wil zeggen dat de dynamiek en de kwaliteiten van een groep niet enkel te herleiden zijn tot de individuele eigenschappen van de deelnemers. Groepsdynamica beschrijft de manier waarop groepen en individuele groepsleden handelen in veranderende omstandigheden. Veranderingen roepen emoties en gevoelens op. Deze vormen in een groep een basis voor een gemeenschappelijke perceptie. De groepsdynamiek weerspiegelt zich in het groepsklimaat. Dat klimaat kan worden afgemeten naar de mate van conflicten, betrokkenheid en vermijding [1, 2]. Deelname aan de groep geeft per definitie stress. Daarom corresponderen deze drie factoren ook met de drie fasen van het stressmechanisme (alarm, adaptatie, uitputting). In onderstaande figuur heb ik de bekende fasen van Tuckman/Edison [3, 4, 5] gecombineerd met de fasen in het stressmechanisme (verloop veerkracht) [6]. Zowel de emotionele reactie van een persoon als die van de groep kennen een verloop van mobilisatie naar immobilisatie. De groene fase van betrokkenheid en ontspanning is de fase waarin het veilig is.

    Zilveren weken… met zwarte randen

    Gouden en zilveren weken zijn de weken aan het begin van het schooljaar en van het kalenderjaar waarin de groepsdynamiek een boost krijgt. Leerlingen moeten weer aan elkaar wennen en in het ritme komen. We beogen de eerder gemaakte afspraken weer af te stoffen en actief te werken aan het groepsklimaat. In de zilveren weken na de kerstvakantie moeten we de draad weer oppakken. Dat kun je mijns inziens nu niet alleen maar doen op de wijze en met de methoden die daarvoor in het onderwijs worden aangewend. Dat heeft te maken met de zwarte rand – en soms is het een gitzwarte rand.

    Wat is die zwarte rand? Dat is de dynamiek van het grotere systeem van de huidige tijd. Daar is iedereen bij betrokken, al hebben we lang niet overal invloed op. De sociale impact echter op onze leerlingen is immens. Die kun je niet gauw overschatten. Het kalenderjaar 2021 eindigde in het onderwijs weer op traumatisch wijze. En dat niet voor de eerste keer. Voeg daarbij de voortdurende angst en onzekerheid van een mogelijke positieve test, de angst om te hoesten of een snottebel te hebben én daarop aangekeken te worden, en je hebt voldoende ingrediënten om als kind en als groep psychosociale trauma’s op te lopen. Leerkrachten kunnen zich dan zomaar afvragen: wat is er met mijn groep aan de hand?

    Judith Herman [7], expert op het gebied van Trauma en Herstel zegt dat psychische trauma’s een aandoening zijn van de machtelozen. Traumatische gebeurtenissen vernietigen de normale patronen van zorg en zorgzaamheid die bij mensen het gevoel van zeggenschap, zinvolheid, en verbondenheid doen ontstaan. Trauma’s brengen een gevoel van volslagen hulpeloosheid en doodsangst teweeg, omdat iemand (1) wordt overrompeld door de gebeurtenis, (2) het onmogelijk is om eraan te ontsnappen, en (3) tot uitputtens toe wordt blootgesteld aan de gebeurtenis. Traumatische gebeurtenissen doorbreken de normale en complexe verdedigingslinie van de mens. Met als gevolg een hogere prikkelgevoeligheid, aandacht, waarneming en emoties. Dat zijn normale reacties op stressvolle omstandigheden.

    Hermans beschrijft drie fundamentele fasen voor herstel. Dit zijn nadrukkelijk opeenvolgende fasen, al lopen ze wel in elkaar over.

    1. Het zorgen voor veiligheid. Alleen waar het niet meer nodig is om constant alert te zijn, ontstaat er ruimte voor de volgende fase. Veiligheid ontstaat waar de eigen autonomie wordt hersteld en bevorderd.
    2. Het reconstrueren van het traumatische verhaal. Dit gaat over betekenisverlening. Wat betekenen mijn ervaringen voor mijn leven? Let wel, het is geen rechtvaardiging van het aangedane onrecht (‘Jij had er ook schuld aan’). Het is juist een ontschuldiging van degenen die het mee hebben gemaakt. Wie dat niet leert, blijft slachtoffer.
    3. Het herstellen van de verbondenheid tussen de overlevenden en de gemeenschap. Pas wanneer iemand weer autonoom op eigen grond kan staan (fase 1) en het traumatische verhaal het eigen verhaal is geworden (fase 2), ontstaat er ruimte voor herstel van verbondenheid. Ruimte voor gezonde deelname aan een gezonde gemeenschap. Voor een rechtvaardige balans tussen geven en ontvangen.

    Waar deze drie fasen worden doorlopen, daar ontstaat weer volgende ruimte om te leven.

    Hoe ga je om met een groep die een trauma heeft?

    Net zomin als we de psychosociale impact van de zwarte rand niet moeten onderschatten, zo moeten we ook onze veerkracht niet onderschatten. Het trauma van de groep moet op dezelfde wijze worden aangepakt als van een persoon.

    1. Zorg voor veiligheid.
      1. Door een liefhebbende gezagsdrager aan de top te zijn. Volmaakte liefde verdrijft de angst. Voel het groepsklimaat aan de conflicten en de betrokkenheid. Welke leerlingen kiezen voor vermijden? Het meeste recht van spreken heb je als je de feiten verzamelt en daarin gedragspatronen ontdekt.
      2. Herstel het gevoel van autonomie. Bespreek met leerlingen de cirkel van invloed en cirkel van betrokkenheid. Bevorder zoveel mogelijk de eigen autonomie. Uiteraard begrenst door recht (ieder zijn eigen plek) en gerechtigheid. Maak je klaslokaal tot een oase van rust. Het lokaal is jouw domein! En voor schoolleiders geldt natuurlijk hetzelfde.
      3. Vermijd en verminder de factoren die angstig maken. Realiseer je dat afstand moeten houden en gezichtsbedekking het gevoel van onveiligheid vergroten. Mensen lezen van het gezicht van de ander af of het veilig is, of er wederkerigheid is en of jouw bijdrage resoneert bij de ander.
      4. Beteugel je eigen angst. Want die is besmettelijk.
    2. Betekenisverlening.
      1. Ieder mens heeft de keuze om goed te doen. Doe wel en kijk niet om. Spreek daarover met je klas. Dat is niet hetzelfde als ‘wat spreken we af? Hoe gedragen we ons goed?’ Nee, hier stel je de vraag: wat is het goede dat jij, dat wij, vandaag gaan doen?! Hoe kunnen wij – ondanks beperkingen – toch goed doen?
      2. Sluit de dag af met de vraag: ‘Waar zijn wij, waar ben jij, vandaag dankbaar voor? Die vraag mag je natuurlijk ook aan het begin van de dag stellen!
      3. Het moet leerlingen ook duidelijk gezegd zijn dat ze niet schuldig zijn aan de situatie. Opmerkingen dat we niet willen dat een ander ziek wordt om schadelijk gedrag te rechtvaardigen, horen niet thuis in een traumasensitief klaslokaal. Dat is manipulatie. Beter zou zijn: hoe zorgen wij goed voor onszelf?!
    3. Herstel van verbondenheid. Pas in deze fase zijn sociale vaardigheden en activiteiten nodig om tot een leefbare gemeenschap te komen. Wie alleen focust op gezamenlijkheid, zonder veiligheid en zinvolheid, boekt geen vooruitgang.
      1. Gezamenlijke fysieke activiteiten – lees sporten en bewegen – helpen ons om onze emoties te beheersen. Het zorgt dat endorfine in onze hersenen vrijkomt waardoor we beter kunnen omgaan met stress en ons welbevinden dus toeneemt. Want zowel voor de leerling die in aan de conflictkant zit, als voor de leerling die vermijdingsgedrag vertonen, helpt bewegen om in het gebied van betrokkenheid te komen. Je dient wel regie te voeren over deze activiteiten en dit niet aan de leerlingen over te laten. Daarmee ben je weer die liefhebbende gezagsdrager.

    Lees ook mijn artikel

    Bibliografie

    [1]J. Johnson, „Beware of Storming: Research Implications for Interpreting Group Climate Questionnaire Scores over Time,” International Journal of Group Psychotherapy, vol. 63, nr. 3, pp. 433-446, 2013.
    [2]K. MacKenzie, „The clinical application of a Group Climate measure.,” in Advances in group psychotherapy: integrating research and practice, R. Dies en K. MacKenzie, Red., New York, International Universities Press, 1983, pp. 159-170.
    [3]T. Edison, „The Team Development Life Cycle,” Defense AT&L, pp. 14-17, mei/juni 2008.
    [4]B. Tuckman, „Development sequence in small groups.,” Psychological Bulletin, vol. 63, nr. 6, pp. 384-399, 1965.
    [5]B. Tuckman en M. A. C. Jensen, „Stages of Small-Group Development Revisited,” Group & Organization Studies, vol. 2, nr. 4, pp. 419-427, 1977.
    [6]H. Selye, The stress of life, Revised red., New York: The McGraw-Hill Companies Inc, 1978.
    [7]J. Herman, Trauma & herstel. De gevolgen van geweld – van mishandeling thuis tot politiek geweld, 21e druk (2021) red., Uitgeverij Wereldbibliotheek, 2016.
  • QuitGames

    QuitGames

    In het oude normaal was je gewoon ‘af’ als je verloor. In de nieuwe orde wacht je de dood. 

    In de immens populaire Squidgames is het gebruikelijk dat je wordt gedood als je het spel verliest. Meedogenloos, aldus de NOS.

    Het Zuid-Koreaanse Spel is behalve vermaak, alles behalve verbeelding. Het is gebaseerd op de realiteit. En zo is het. In de jungle geldt het recht van de sterkste en daar overleven de fitsten. Als echter van de realiteit een spel wordt gemaakt, is er dan een ook een risico dat van een spel de realiteit wordt gemaakt? We weten dat het spelen van gewelddadige videospellen de ontwikkeling van kinderen schaadt.

    Op schoolpleinen – vanouds al een jungle – worden nu onschuldige spelletjes op Zuid-Koreaanse wijze afgerond. Dood in plaats van af. Annamaria Koekoek…tot de dood ons scheidt. En kom nu niet aan met Hangman, Landjepik of het aloude ‘politie-boefje’… Wie is er nu koekoek?

    Het NTR programma De Societeit vertoonde afgelopen week een eigentijdse versie van een Quitgame. De boodschap is duidelijk: zonder spuit lig je er uit. 

    Geschikt vanaf 9 jaar. 

    O ja, De Societeit is een inclusieve talkshow en wordt opgenomen in de stad waar het een gezegde is: geen woorden, maar daden. 

    O ja, de NTR is “Publieke omroep met wettelijke taken op het gebied van informatie, educatie, cultuur, jeugd en diversiteit. De NTR maakt speciale programma’s voor alle doelgroepen.”

    Het is mijn dagelijks werk om scholen te helpen het sociaal veiliger te maken. Om niet normaal te maken wat niet normaal is. Om leerlingen in een veilige omgeving te helpen stoppen met niet-ok-gedrag. Andere omgeving, ander gedrag.

    Om te stoppen zonder straffen. Zodat iedereen wint. 

    Dat kunnen we, omdat pesten niet het gedrag is van een zieke geest, maar het gevolg van een ziek systeem, zoals Zimbardo overtuigend aantoonde. In het geval van de creatieve geesten van de NTR merk ik hoeveel moeite het me kost om dit voor ogen te houden … het is niet de geest, maar het gevolg. Van wat? Van de heersende geest? 

    Quitgames. Kunnen we weer bij zinnen komen?

    Plz.

    En De Societeit heeft even een time-out.

  • Angst, Autonomie & All you need

    Angst, Autonomie & All you need

    Uit voorzorg blijven we binnen en werken we thuis. Uit veiligheid schudden we geen handen en houden we afstand. Met verstand doen we dat uit liefde voor onszelf en voor elkaar. We raken er zelfs aan gewend. Aanvankelijk waren we verward en ongerust. Wat op ons afkwam, was onzichtbaar, gevaarlijk en onbekend. En dat is het nog steeds.

    De overheid doet er dan ook alles aan om ons te overtuigen dat alle maatregelen nodig zijn om het veiliger te maken. De enige reden om een maatregel te versoepelen is wanneer we zeker weten dat het veilig is. Als het virus uitdooft, dan kan ook de angst ervoor uitdoven.

    Omdat het gevaar groter is dan onszelf, gaan we het ook samen te lijf. Want samenwerken vergroot onze kans op overleven. En samen moeten we corona controleren, voordat het ons controleert. We moeten het laten uitdoven. En als we de controle hebben, dan kunnen we voorzichtig weer een stapje naar buiten zetten. Het is een natuurlijke reactie. Hoe werkt dat in ons brein?

    Angst

    Angst is een mechanisme dat ons in leven houdt in een onveilige omgeving. Dagelijks omringen ons allerlei onbekende gevaren. Onze antenne daarvoor is angst. Soms ervaren we angst als een emotie, dan weer als een vorm van druk (stress). We krijgen er buikpijn van. Onveilige omgevingen en situaties worden in ons geheugen opgeslagen. Hoe groter de impact van een onveilige situatie, hoe sterker deze in ons geheugen is verankerd. Angst dooft alleen uit als we met ons verstand zeker weten dat het veilig is [2]. Dan bekijk je bij aankomst in een hotelkamer eerst even de aangegeven vluchtroute. En dat doe je zeker als je al een keer een ontruiming hebt meegemaakt.

    In een onveilige omgeving schakelt ons brein over op vaste denkpatronen om te overleven [3]. Dat noemen we een schema of een fixed mindset. Het kost ons dan moeite om ons te verbinden met anderen in onze omgeving.

    Er zijn zes dingen waar we angst voor kunnen hebben: afwijzing, zwakte, onzekerheid, fouten, buitensluiting en onbegrip. En ja, we kunnen van alle angsten wat hebben. Daarom blijft de een binnen om de onzekerheid te lijf te gaan. Een ander vreest niet opgewassen te zijn tegen het virus. En een derde houdt afstand om niet afgewezen te worden. Want ons verstand zegt dat dit allemaal het veiligst is. Daarom heet het ook gezond verstand.

    Angst belemmert het werkgeheugen en het oppikken van nieuwe informatie. Kinderen stappen over op een fixed mindset als ouders zich te veel zorgen maken [4]. Ook wanneer je wordt bekritiseerd, bestraft of afgewezen, dan reageert je brein alsof je leven wordt bedreigd. Onze eerste neiging is daarom ook dat we ons niet in zo’n positie willen brengen. Sociale afwijzing geeft dezelfde neuronale activiteit als fysieke pijn [5]. Onderzoek toont aan dat onze hersenen onze sociale behoeften gelijk stellen aan onze overleving [6]. We willen een ander dan ook (kunnen) vertrouwen.

    Autonomie

    Mensen die voelen dat ze controle over hun leven hebben en die een doel in hun leven hebben, zijn minder gevoelig voor angststoornissen, zelfs als ze door de zwaarste tijden gaan [7]. Dat gevoel noemen we een interne locus of control. Mensen met een externe locus of control schrijven hun gedrag of resultaten toe aan oorzaken buiten zichzelf. Zij voelen zich eerder slachtoffer van een situatie en lopen een groter risico op angstige en depressieve gevoelens. Hoe hulpelozer, hoe hopelozer. Hoe minder controle iemand meent te hebben in een bedreigende situatie, des te meer stress zal dat opleveren.

    Variaties in eigenwaarde en de interne locus of control voorspellen ook de mate van de cortisolafgifte [8]. Cortisol is het hormoon dat een prominente rol speelt bij chronische stress. Een chronisch hoge cortisolspiegel zorgt voor een afname van het aantal verbindingen tussen de hersencellen in de verschillende hersengebieden. Daardoor kan de angstrespons dus minder goed onder controle worden gehouden en wordt deze dus heviger [2]. De afname van het hersenvolume als gevolg van chronische stress hangt bij jongeren samen met het niveau van zelfrespect en ervaren autonomie [8].

    Een van de drie psychologische basisbehoeften is de behoefte aan autonomie [9]. De vrijheid om zelf keuzes te mogen maken of om ergens invloed op uit te kunnen oefenen. Om controle over ons leven te hebben. Wat we onder controle hebben, is geen crisis meer. Dan zijn de risico’s beheersbaar en kunnen we ons (openbare) leven daarnaar inrichten. Want autonomie is altijd een begrensde vrijheid. Vrij van vrees bestaat per definitie bij het scheppen van een omheining.

    Hiërarchie creëert onvermijdelijk vrees, omdat je altijd iets weggeeft van je eigen autonomie. En hoeveel vertrouwen heb je dan dat je niet wordt bekritiseerd of bestraft als je je fouten toegeeft of je mening uit [10]? De voornaamste triggers voor een stressrespons zijn onrealistische deadlines, gebrek aan respect, oneerlijke behandeling, niet gehoord worden, en niet gewaardeerd worden [11, 12, 13]. Hoeveel vertrouwen hebben we dat een ander jouw behoefte aan autonomie respecteert? En hoe kunnen jouw medewerkers weten dat het veilig is?

    All you need

    Volmaakte liefde verdrijft de vrees. Veerkracht ontlenen we aan een zinvol leven, aan de mate waarin we effectief om kunnen gaan met angst, en de mate waarin we ons sociaal kunnen gedragen [14, 15, 16]. Een zinvol leven kent verschillende pijlers. Ergens bij horen is er een van. Het nastreven van een doel dat iets bijdraagt aan de samenleving is een andere pijler. Mensen die zo’n doel hebben, beschikken ook over een grotere zelfkennis. Zelfkennis blijkt daarmee een belangrijk ingrediënt voor een zinvol leven [17]. Weten wie je bent en wat je kunt.

    Om betekenisvol te kunnen zijn, is het van belang dat mensen ook het gevoel kunnen hebben een positieve bijdrage te leveren. Martela & Riekki noemen dat weldadigheid – beneficience [18]. Weldadigheid is het doen van iets goeds voor een ander. Het blijkt dat weldadigheid ook voordelig is voor je eigen welbevinden  [19] . Being good by doing good [20]. Hoe meer we ons welbevinden, hoe meer goed we kunnen doen. En hoe meer goed we doen, hoe meer we ons welbevinden. Niet alleen de beste in de wereld, maar ook het beste voor de wereld. Het leven verwacht iets van ons.

    Welbevinden kun je definiëren als de mate waarin iemand voluit functioneert [21]. Wie zo leeft, leeft vanuit een benefit mindset  [22]. Met een benefit mindset spreken we niet alleen onze eigen potentie aan, maar we zoeken deze bij te laten dragen aan het welbevinden van anderen en de samenleving als geheel. Een growth mindset bekrachtigt ontwikkeling [23]; een benefit mindset stimuleert ontwikkeling ten dienste van anderen. Mensen met een benefit mindset vragen zich af hoe ze van betekenis kunnen zijn in het leven – van anderen. Zij dragen zorg voor alle mensen op de hele planeet. Leven vanuit een benefit mindset betekent dat men niet alleen weldenkend is, maar ook weldoet. Weldaden creëren een betere wereld. Van competitie naar contributie. Je bent niet alleen zelf van betekenis, maar ook de ander krijgt betekenis voor jou. Een benefit mindset maakt het  vieren van verschillen mogelijk. Want waar een ander staat, kun jij niet zijn. Verschil moet er zijn.

    Daarom blijft de één binnen om de ander te kunnen laten zorgen. Daarom kan de één haar kleinkinderen niet op bezoek hebben, maar wel de kleinkinderen van een ander onderwijzen.

    Daarom… vul zelf maar aan.

     

    Verwijzingen

    Download artikel in pdf: Angst Autonomie & All you need

     

  • Vijf inzichten om je team nu bij elkaar te houden

    Vijf inzichten om je team nu bij elkaar te houden

    Online ontmoeten neemt in deze Coronatijd een grote vlucht. Ik merk dat ik heel snel wen aan online overleggen. Met elk team ontwikkel je weer een routine. Als leidinggevende vraag ik mij ook af: “Hoe houden we elkaar vast als offline ontmoeten er de komende weken niet in zit? Hoe leidt je op afstand een team in een crisis?” Ik deel je vijf van mijn inzichten.

    1. Vertrouw

    Het klinkt natuurlijk als een open deur, want ook voor Corona was dit voor mij een uitgangspunt. Niettemin, veel signalen die je anders onbewust of in de wandelgangen oppikt, vallen nu weg. Van Weggemans is de uitspraak dat niemand komt naar zijn werk om er een zootje van te maken. Ergo, dat doe je ook niet als je thuiswerkt.

    Hoe bouw je van een afstandje aan vertrouwen? Spreek kaders af en geen regels. De kern van kaders is de bedoeling. Wees alert dat taken en rollen helder blijven. Onzekerheid geeft ongemakkelijkheid. Kijk naar wat je wél weet. En leer met elkaar continue.

    2. Een beller is sneller

    Kom tot de kern. Ik merk dat de concentratieboog – ook de mijne – in een online overleg veelal korter is dan offline. Voor een deel komt dat doordat een belangrijk deel van de non-verbale communicatie wegvalt. Het kan ook zijn dat de huidige crisis nogal overweldigend is. En dan helpt het om kort en krachtig tot de kern van een bespreekpunt te komen.

    Vergaderdiscipline is noodzakelijk om te kunnen horen wat ieder te zeggen heeft. Na de introductie van een punt doe ik veelal een rondje. Iedereen komt aan de beurt – dat is ook goed voor het besef van gelijkwaardigheid, voorspelbaarheid en sociale veiligheid. Daarna kan ieder reageren bij handopsteken. Punt samenvatten, conclusie, afspraak of besluit formuleren. Nog een rondje om akkoord te horen. Door de vaart er in te houden, kun je ook je aandacht er beter bij houden. Het is wel verstandig om de groep niet groter te laten zijn dan 12-15 personen.

    3. Korte cirkels

    Teams die werken met wekelijkse bordsessies zoals bij LeerKracht of Scrum, zijn al gewend aan korte cycli. Hoe meer onzekerheid, hoe kleiner de stapjes moeten zijn om vooruit te komen. Het overlegcircuit is gebaat bij korte cirkels en korte lijntjes. Beter twee keer per week een uur dan één keer per week twee uur uittrekken voor een overleg. Je hoeft er toch je deur niet voor uit!

    4. Herijk verwachtingen

    Meer dan ooit zijn het concreet uitspreken van verwachtingen, het managen ervan én het uitvragen bij anderen in onzekere tijden noodzakelijk. We doen nu alleen wat moet en wat we vol kunnen houden. Temper het tempo. Het hoeft niet perfect – tegen onderwijsmensen kun je dat gerust zeggen. Zij ervaren grote emotionele betrokkenheid bij het werk. Ik spreek daarom ook mijn vertrouwen uit in hun vakmanschap. En we zien dat beperkingen ook leiden tot innovatie. Niets is zo krachtig als het juiste idee op het juiste moment of het juiste moment voor het juiste idee. Dat is wijsheid in het hier en nu.

    5. Check in / check out

    Onzekere tijden voeden de vrees. Het moet glashelder zijn dat het welzijn van je team bovenaan staat. Vrees is besmettelijk. Evenals optimisme. Het eerste geef je een uitlaatklep. Het tweede leef je voor. Begin een online teamoverleg met een korte check in, waarbij je kunt variëren met een waarderende startvraag. Wat was afgelopen week je mooiste inzicht? Ook het uitchecken mag bij het online ritueel behoren.

    Tot slot

    Samenvattend: in kleine stapjes afwisselen van aandacht voor het proces, voor het resultaat, en voor welbevinden. Online, maar niet @lleen! Voor alles geldt echter: wat je offline niet voor elkaar kreeg, krijg je online ook niet op orde. 

    Ik heb nog genoeg vragen over. Als dit online goed werkt, verbetert het dan straks de offline ontmoetingen? Wat betekent een onzekere tijd voor de sociale cohesie en sociale veiligheid in het team?

  • Het steentje

    Het steentje

    Het steentje

    er ligt een steentje op de grond
    midden in mijn loop
    ik raap het op en leg
    het uit de weg

    een meisje ziet dat ik het steentje vond
    ik zeg haar dat ik hoop
    dat zij het steentje even opruimt
    – het is mij vreemd hoe het hier is ingericht

    maar nee, abrupt wordt zij mijn tegenpool
    want dit is een school
    “ik ben hier om te leren, niet om op te ruimen”
    – nu ben ik verrast door haar inzicht

    ik zeg: “jouw opmerking vind ik niet fijn”
    begrijp je mijn tegenzin?

    het meisje ziet ook dát in
    en belooft netter te zijn

    het steentje had ik haar moeten geven
    als een symbool
    omdat zij in school
    is om te leren
    als een teken
    dat ook stenen spreken

  • Meester, bent u nu boos?

    Meester, bent u nu boos?

    Het zijn de donkere dagen voor kerst. Uit een klas galmt het ‘Vrede op aarde’. Een toepasselijker lied is er niet als we onze klassenronde lopen. In de groepen 4-8 vertellen we iedere maand hoe het gesteld is met de sociale veiligheid in de school. Hoe we dat weten? Dat melden onze leerlingen zelf. We weten het uit betrouwbare bron. Zij doen voor ons het licht aan, zodat wij weten wie opvalt en waar we te weinig regie voeren op de ruimte.

    In de natuur kennen we vrije uitloop-eenden, -kippen, -koeien, en -varkens. De natuur gaat haar gang en de pikorde zorgt ervoor dat ieder dier zijn plaats kent. Wat niet sterk genoeg is, wordt buitengesloten en gaat dood. Die is de gebeten hond, het zwarte schaap, het haasje, of het lelijke eendje. Geen boer die het zover wil laten komen. Vrij van vrees en stress is immers een van de vijf vrijheden voor dierwelzijn!

    In een klas en in een school is geen vrije uitloop of vrije ruimte. Dat was een van de eerste lessen die ik leerde toe ik voor de klas stond. Of de klas bezet de ruimte óf de leraar. En hoe groter het wederzijdse vertrouwen is, hoe soepeler de regie over de ruimte gaat. Maar waar leerlingen zélf hun ruimte moeten regelen, daar gaat de natuur haar gang. Survival of the fittest.

    De veiligheid van burgers wordt vergroot door het verzamelen van inlichtingen. Stel je eens voor dat de AIVD dat niet deed…?! Stel je eens voor dat de politie geen inlichtingen over relschoppers verzamelde. Dan zou je toch in het duister tasten? Hoe meer informatie, hoe duidelijker de patronen zich gaan aftekenen.

    Structureel pesten is het regelen van de eigen ruimte als niemand daar regie over voert. Dat kun je een leerling niet kwalijk nemen. Je moet dus het speelveld veranderen, niet de spelers.

    Meester, bent u nu boos? Deze eerlijke vraag wordt gesteld als ik vertel dat we nu meer dan 400 meldingen hebben. De gezichtjes van de leerlingen spreken echter boekdelen als ik ze complimenteer. Hoe fijn is het dat wij door jullie weten waar we het veiliger kunnen maken! Geen straf, maar stoppen. En we zien dat leerlingen die eerst te ver gingen, hard bezig zijn om te stoppen.

    Meester, bent u nu boos? Ja, toch wel.We zien ook dat bijna de helft van de meldingen van ons schoolplein komt. Logisch, want daar houden we voornamelijk toezicht. En dat is geen regie voeren. Dat is een soort vrije-uitloop. En elke melding is een verzoek om regie. Hoe konden we zo dom zijn om te denken dat een vrije uitloop op het schoolplein vanzelf goed gaat. We weten nu beter. Als team hebben we besloten om de regie over de ruimte op het schoolplein te voeren. De eerste ideeën daarvoor hebben het licht gezien.

    Vrede op aarde – Vrolijk Kerstfeest – Gelukkig Nieuwjaar

    Echt hè!